Testen op vogelpest kan nu zonder verdenking
Den Haag ? Een onderzoek naar vogelpest is nu mogelijk zonder dat een pluimveebedrijf meteen als verdacht wordt aangemerkt.
Daarvoor hebben het ministerie van landbouw, de gezondheidsdienst GD, het Centraal Instituut voor Dierziektencontrole (CIDC) en de pluimveedierenartsen een programma opgezet.
Tot nu toe was het testen van een pluimveebedrijf op vogelpest onmogelijk zonder het bedrijf als verdacht aan te merken. Dat bedrijf kreeg door die verdenking meteen te maken met beperkende maatregelen, waardoor een normale bedrijfsvoering niet meer mogelijk was.
Pluimveehouders moeten regelmatig bloedmonsters nemen van hun dieren om die te laten testen op de aanwezigheid van vogelpest. Daarnaast moeten zij hun dieren ook laten testen als de uitval in een week boven 3 procent komt, of de voer- en wateropname met meer dan 20 procent daalt.
?Soms is er pluimvee dat wel ziek is, maar waarvan de uitval of de daling van de voer- en wateropname net iets boven de norm voor het testen uitkomt. Deze dieren zouden wij graag op vogelpest laten testen, zonder dat het bedrijf meteen het stempel verdacht krijgt?, zegt Albert Vink, pluimveedierenarts van het Diergeneeskundig Centrum Asten uit en voorzitter van de Groep Pluimveewetenschappen van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde.
Voor de laagdrempelige vogelpestcontrole mogen dierenartsen nu cloaca- en keelswabs nemen en die opsturen naar het CIDC in Lelystad. Binnen maximaal anderhalve dag na de ontvangst van de swabs kan het CIDC de uitslag van het onderzoek geven.
?Op die manier weten we heel snel of het zieke pluimvee laagpathogene vogelpest heeft of niet. Dat is erg belangrijk, omdat een laagpathogene variant kan overgaan in een hoogpathogeen virus?, stelt Vink.
Powered by TECNAVIA Copyright ©2006 Agrarisch Dagblad, publicatie 13/10/2006