Inbreng Algemeen Overleg vaccinatie tegen Aujeszky
14 juni 2006
door: Harm Evert Waalkens
Woensdag 14 juni heeft de Vaste Kamercommissie voor LNV een overleg met minister Veerman over vaccinatie tegen de dierziekte Aujeszky. In het overleg pleit ik voor een gericht vaccinatiebeleid. Bijgaand de tekst die de basis vormde voor mijn inbreng.
De ziekte van Aujeszky is een virusziekte die zeer besmettelijk is voor alle varkensachtigen. Ook andere dieren kunnen besmet raken, zoals runderen, schapen, honden en katten. Volwassen varkens overleven de ziekte doorgaans, andere dieren overlijden vrijwel altijd na besmetting. Uitbraak van de ziekte kan enorme schade veroorzaken voor de varkenssector, maar zorgt ook voor grote problemen voor de Nederlandse hondenpopulatie.
De ziekte is ongevaarlijk voor de mens.
In 1993 is begonnen met een verplichte vaccinatie voor alle categorieën varkens. Tegenwoordig komt de ziekte niet meer voor, al meer dan 5 jaar is geen besmetting meer vastgesteld. Honden worden al jaren niet meer ingeënt tegen Aujeszky.
Verzoek einde vaccinatie vanuit sector
Vanuit LTO is de wens gekomen te stoppen met vaccinatie tegen deze ziekte, omdat:
- de export naar oa Duitsland belemmerd wordt*
- vaccinatie duur is en
- de ziekte al 5 jaar niet meer voorkomt.
* Sommige deelstaten van Duitsland (o.a. Noordrijn Westfalen, waar veel Nederlandse varkens naar toe gaan) zijn gestopt met vaccinatie tegen Aujeszky en verlangen dat geïmporteerde dieren ook niet gevaccineerd zijn.
Status in Europa
Binnen Europa zijn er verschillende mogelijkheden om aan te geven hoever men is met de bestrijding tegen deze ziekte. Deze stadia worden vertaald in een status.
Nederland heeft tot dusver gekozen voor een ‘artikel 9 status’ . Dat houdt in dat men vaccineert tegen deze ziekte, met een aangepast draaiboek in geval van een uitbraak van deze gevaarlijke ziekte.
Het Productschap Vee en Vlees (PVV) heeft een ontwerpverordening ‘Bestrijding Ziekte van Aujeszky bij Varkens’ gepubliceerd, waarin men aangeeft te willen stoppen met vaccinatie en kiest voor een upgrading naar de ‘artikel 10 status’.
Als Nederland de art. 10 status zou verwerven lijkt de EU verordening voor bestrijding van Aujeszky te verplichten tot het bij een uitbraak ruimen van dieren, en dat willen we nu juist niet meer.
De Centrale Organisatie voor de Vleessector (COV) heeft tegen het voorstel van het PVV bezwaar aangetekend. In een schrijven stellen ze klip en klaar dat ze mordicus tegen het stopzetten van álle entingen zijn. De COV stelt voor om eventueel alleen te stoppen met de vaccinatie van vleesvarkens en door te gaan met vaccinatie voor zeugen. De risico's van een introductie van de ziekte bij vleesvarkens is kleiner dan bij zeugen.
Standpunt minister
De minister is niet tegen een afschaffing van een totale verplichting tot vaccinatie. Maar hij stelt drie voorwaarden waar de Aujeszkybestrijding tenminste aan moet voldoen:
1. bestrijding op basis van een door alle betrokken organisaties gedragen plan
2. geen ( preventieve) ruiming van gezonde dieren
3. uitvoering en financiering door het bedrijfsleven
Standpunt van de PvdA
In het hele debat over het vaccinatie beleid bij de Varkenspest en de MKZ hebben we ons steeds op het standpunt gesteld dat we het Europese non - vaccinatie beleid om willen zetten naar een gericht vaccinatie beleid.
Dus niet in alle gevallen zomaar gaan vaccineren en de beschermingsdeken van de vaccinatie gebruiken om daarmee minder vergaande hygiëne maatregelen te hoeven nemen op de bedrijven en bij het transport van dieren.
Er ontstaan zeker economische voordelen bij het laten vervallen van de vaccinatie verplichting in de vorm van ruimere export mogelijkheden en op het terrein van dieren welzijn vervalt de verplichte prik en bloedafname bij varkens.
Deze voordelen wegen niet op tegen de veel te grote risico's bij een uitbraak van de ziekte. Zoals eerder gezegd is het een zeer besmettelijke ziekte en die ook kan overslaan naar honden. Mocht er een uitbraak komen, dan zie ik geen mogelijkheid om zonder het ruimen van gezonde dieren en het afmaken van honden de risico's van verdere verspreiding te voorkomen.
Ik stel dus ook voor om door te gaan met een gericht vaccinatie programma voor zeugen en te bekijken hoe we de vleesvarkens onder voorwaarden kunnen uitsluiten van de verplichting. Dit sluit aan bij onze eerdere standpunten ten aanzien van het invoeren van een gerichte vaccinatiepolitiek. Ook sluit het aan bij de stellingname van de minister en ik verwacht dat ook andere partijen op dezelfde lijn zitten.