Hallo Zieke Kip
Je kunt best wel zelf voorzorgsmaatregelen nemen.
Je kunt zelf kijken wat je belangrijk vind.
Een aantal voorbeelden:
Zorg dat je voor een paar maanden houdbaar voedsel in huis hebt, en drinkwater, en andere houdbare dranken (gesteriliseerde melk, flessenwater, vruchtensappen, e.d. in flessen - drinkwater in jerrycans van 10 of 20 liter); bedenk, dat iets beter is dan niets !
Reken ook op onverwachte gasten, en op meerdere logé's (kinderen, familieleden), bij het inslaan van de voedselvoorraad en het drinken. Bedenk, dat familieleden in nood, wonende in de grote stad, al spoedig de neiging zullen hebben naar je toe te komen, als je op een veilige plaats op het platteland woont.
De voedselvoorraad moet ten minste omvatten: A. meerdere soorten volkoren graan: tarwe, rogge, haver, verder: volrijst, boekweit - in korrelvorm in zakken van 25 of 10 kg, bewaren in plastic vaten met deksel (tegen muizen). B. macaroni, spaghetti, pasta, meerdere soorten meel van tarwe, of gemengd meel, in zakken van 25, 10 of 5 kg, bewaren in plastic of metalen vaten met deksel (muizen) - te beschermen tegen maden door de pakken eerst drie dagen in de diepvriezer te houden en daarna pas in de vaten te stockeren. C. spijsolie (meerdere soorten: olijfolie, zonnebloemolie), in flessen of blikken. D. groentenconserven, in blik of in glas, meerdere soorten, vooral gewone erwten, kikkererwten, en witte en bruine bonen, capucijners, linzen. E. vlees in blik (gehaktballen, goulash, rundvlees, babi pangang, allerlei sauzen met vlees; en vis in blik (haring, zalm, sardienen, makreel, liefst in plantaardige olie). F. honing (natuurlijk, alle soorten, zonder toegevoegde suiker), sommige soorten jam/confiture (geen aardbeien, geen pruimen, geen perziken, geen ananas, wel frambozen, bramen, abrikozen, gember), verder kristalsuiker, bruine suiker, kandijsuiker. G. veel pakjes soep, blikken soep, veel keukenzout, ook kruidenzout, keukenkruiden, maggiblokjes, marmite, e.d.
Let er op, dat de plastic of metalen vaten, waarin de verpakte voedingsmiddelen worden opgeborgen, geschikt zijn voor voedsel.
Zorg voor een grote voorraad toiletzeep, wasmiddel (óók voor de handwas), afwasmiddel, heel veel lucifers, tandpasta, haarzeep, e.d.
Zorg voor veel, heel veel toiletpapier, en wat damesverband.
Zorg voor een goede en grote verbanddoos, en een voorraad ontsmettings- en verbandmiddelen.
Zorg voor een voorraadje van uw standaardmedicijnen.
Zorg voor een, liefst twee, kampeertoiletten (geen chemisch toilet), of toiletemmers met deksel.
Zorg voor heel veel plastic zakken in allerlei maten en soorten.
Zorg voor veel plastic emmers, een aantal met deksel, en een metalen emmer (voor hete as).
Zorg voor een rol zwaar doorzichtig plastic folie en een aantal dunne houten latten (om glasvensters provisorisch mee te repareren).
Zorg voor enkele bollen touw (meerdere diktes) en geplastificeerde staaldraad (waslijn).
Zorg voor zwarte plastic landbouwfolie om vensters mee te kunnen verduisteren; denk aan bevestigingsmiddelen daarvoor. In oorlogstijden is verduistering vaak verplicht.
Zorg voor een aantal triplexplaten, liefst watervast (voor dak- en andere reparaties).
Zorg voor een aantal dakpannen en dakvorsten in reserve.
Zorg voor wat timmerhout in meerdere afmetingen (voor reparaties).
Zorg voor een assortiment handgereedschappen (hamers, schroevedraaiers, nijptangen, hout- en ijzerzagen, waterpomptangen, combinatietangen, moersleutels, handboormachines, boren, enz.).
Bedenk, dat electrisch gereedschap waardeloos is als de electriciteit permanent uitvalt.
Zorg voor een assortiment nagels, spijkers, schroeven, duimspijkers, punaises, ogen, bouten en moeren, e.d.
Zorg voor een assortiment tuingereedschap (spade, schep, hark, grashark, cultivator, bezem, enz.), eventueel voor een grasmaaier.
Zorg voor warme kleding, ook zware werkkleding, en degelijk en warm schoeisel, ook zware werkschoenen en degelijke, bontgevoerde laarzen, voor alle gezinsleden, en de logees.
Zorg voor veel matrassen, dekens, dekbedden, slaapzakken, e.d.
Zorg er voor altijd relatief veel contant geld in huis te hebben; verdeel dit over meerdere geheime bergplaatsen.
Zorg voor een voorraad kaarsen
Voorzie enige jerrycans met de juiste autobenzine, of dieselolie, als reservebrandstof voor uw eigen auto; veilig wegbergen: brandgevaarlijk; bedenk, dat in de zomer getankte dieselolie in de winter bevriest, dus aan de zomerdiesel moet antivries-additief voor diesel worden toegevoegd (vraag uw garagist).
Voorzie een voorraadje algemeen bruikbare motorolie om de carterolie van uw auto te kunnen verversen.
Voorzie reserve koelvloeistof voor de koeling van de motor, reserve hydraulische olie voor de stuurbekrachtiging, reserve remvloeistof, en veel reserve antivries voor de ruitensproeier, e.d.
Bedenk verder, dat, ondanks reserve brandstof en reserve olieën, uw auto waarschijnlijk heel lang onbruikbaar zal zijn.
Zorg, dat al uw rijwielen/fietsen in goede staat zijn, voorzie extra fietsen voor logees.
Zorg voor reserve fietsbanden en binnenbanden, een goede fietspomp, fietstassen, en bandenreparatiemiddelen. Bewaar oude fietsen om als onderdelenvoorraad te dienen.
Een paard of een ezel, plus een wagen, kunnen zeer nuttig zijn, maar bedenk, dat paarden en ezels stalling, voer, en een uitloop behoeven.
Een aanhangwagen voor de fiets, en een bolderkar, kunnen eveneens goede diensten bewijzen.
Plaats in elk van de belangrijkste kamers van uw woning een kaars, of een petroleumlamp, en een doosje lucifers (aansteken, als plotseling het electrisch licht uitvalt).
Schaf een aantal stormlantaarns (geschikt voor lamp-petroleum) aan.
Zorg voor een flinke hoeveelheid reukloze lampolie in flessen van 1 liter of 2½ liter (op een veilige plaats opslaan: brandgevaarlijk).
Schaf een grote voorraad kaarsen met lange brandduur aan. Zorg voor de juiste kandelaars.
Zorg voor een voorraad batterijen voor meerdere zaklampen.
Enkele ouderwetse knijpkatten zijn zeer nuttig.
Een of meerdere brandblussers zijn eveneens welkom.
Zorg dat u weet, waar de hoofdschakelaar voor de electriciteit, en de hoofdafsluiters voor gas en water zich bevinden, en ga na hoe die in een noodgeval (aardbeving, zware storm, overstroming, bombardement, e.d.) moeten worden afgesloten.
Bedenk, dat als de electriciteit langdurig uitvalt, de centrale verwarming niet meer zal werken, èn bovendien je niet meer electrisch kunt koken, noch warm water zult hebben van een electrische boiler.
Bedenk, dat als je je woning centraal verwarmd met aardgas, en de openbare gasvoorziening valt uit, je in de kou zit, èn bovendien niet meer op gas kunt koken, èn niet meer kunt douchen met water van een doorstroomgasgeyser of van een gasboiler.
Bedenk, dat de meeste oliegestookte cv-ketels eveneens electriciteit behoeven om te kunnen werken; zo lang als er electriciteit beschikbaar is, werkt deze verwarming goed; zorg er daarom voor dat de tank met huisbrandolie altijd vol is. Leg eventueeel een extra tank aan om langer te kunnen stoken.
Plaats in een of meerdere vertrekken van de woning, het eerst in de keuken, een kolenkachel, of een houtkachel (altijd mèt asschuif), geschikt om op te koken; in andere vertrekken zal een kachel volstaan, waar niet op gekookt behoeft te worden.
Kolen- en houtkachels zijn zeer geschikt voor ruimteverwarming.
Bedenk, dat een open haard niet genoeg warmte geeft, en niet geschikt is om op te koken.
Bedenk ook, dat sommige allesbranders in feite houtkachels zijn.
Bedenk, dat een kachel om op te koken een of meer geslepen, of minstens zeer gladde, bovenplaten heeft, alwaar de vlammen rechtstreeks tegen moeten kunnen spelen.
Bedenk, dat een kachel met een voorraadbunker voor anthraciet niet geschikt is om op te koken, maar wel veel warmte geeft.
Sla een flinke voorraad kolen in (anthraciet, eierkolen, briketten - geen futurex), afhankelijk van het type kachel; briketten zijn uitermate geschikt om een houtkachel 's-nachts aan te houden.
Hebt je een houtkachel, sla dan een flinke voorraad goed en liefst zo droog mogelijk brandhout in (het beste is eik of beuk), en bedenk: Nat hout dient tot niets en vervuilt de schoorsteen !
Vervuild afvalhout, bijvoorbeeld van palletten, of bouwhout, is snel verstookt, en vervuilt de schoorsteen bovenmatig.
Zorg voor een voorraad aanmaakblokjes (zoals voor de barbecue).
Zorg voor een kleine en grote bijl, en voor een hiep, om aanmaakhoutjes te kunnen maken.
Als het huis geen bruikbare, ingebouwde, gemetselde schoorsteen heeft, voorzie dan een noodoplossing door een gat te kappen in de muur, en buiten een rookkanaal op te richten, met een geschikt soort buizen, buiten langs een muur omhoog. Voor kolen- en houtkachels alleen stalen buizen gebruiken (geen aluminium), of een of ander steenachtig materiaal. Aluminium rookgasbuizen (dubbelwandig) alleen gebruiken voor gasgestookte warmtebronnen. Zorg er voor dat je een veilige schoorsteen hebt: er is altijd brandgevaar; op tijd de schoorsteen/schouw vegen.
Schaf u een set veegstokken aan met borstels om in eigen beheer de schouwen te kunnen vegen.
Koken op een daarvoor geschikte houtkachel of houtgestookt keukenfornuis gaat perfect. Op een kolenfornuis ook. Extra ventileren is niet nodig.
Om te kunnen koken is een voorraad flessengas (butaan of propaan, in verplaatsbare flessen), plus een bijpasend gaskomfoor of gasvuur, heel geschikt (denk aan kampeertoestellen en kampeergas).
Veel beter is het een aparte vaste eigen gastank voor propaangas, met de grootst mogelijke inhoud, aan te laten leggen met de nodige leidingen (als je er de ruimte voor hebt, minimaal 10 m van het huis, kan soms gehuurd worden van de gasmaatschappij). Zorg er voor, dat deze gastank altijd vol is.
In een noodgeval kan men koken op een oud petroleumstel met wiek of lont; vraag je grootmoeder, of zoek op de rommelmarkt.
Gebruik petroleumtoestellen of gastoestellen bij voorkeur niet voor ruimteverwarming, tenzij gij fors ventileert (en door dat ventileren toch meest in de kou zit). Pas op voor verstikkingsgevaar.
Bedenk, dat als de electriciteit langdurig uitvalt, al uw electrische apparaten eveneens zullen uitvallen: geen centrale verwarming, geen diepvriezer, geen koelkast, geen wasmachine, geen wasdroger, geen afwasmachine, geen magnetron, geen broodbakmachine, geen mixer, geen radio, geen tv, geen computers, geen haardroger, enz., enz.
Voorzie maatregelen om de inhoud van de diepvriezer op andere wijze te conserveren als de stroom langdurig uitvalt: inmaken/wecken (weckketel en weckpotten/bokalen plus ringen nodig), conserveren in azijn/olie/zout/suiker, door koken en braden, onder het vet zetten, e.d.; sla de benodigde azijn, zout, suiker, vet, en sla-olie in.
Ga na hoe kan worden gewassen zonder electrische wasmachine: voorzie een wasketel om de was (met zeep of wasmiddel) te koken, eventueel een houten plank om het erg vuile wasgoed op te schrobben (met enige harde wasborstels), en vooral veel, heel veel, waspoeder voor de handwas, eventueel groene zeep.
Zorg, dat je de was kunt drogen zonder de electrische droogmachine/droogtrommel (droogstandaard, waslijnen).
Voorzie de nodige hulpmiddelen om te kunnen afwassen met de hand (hoe water heet te maken, wasbakken, afwasborsels, schuurdoekjes).
Ga na hoe je zelf brood kunt bakken, of pannekoeken kunt maken van graan of van meel; een graanmolen is zeer nuttig (niet electrisch).
Ga na hoe je aan waswater en drinkwater kunt geraken als de openbare watervoorziening uitvalt.
Zorg voor waterzuiveringstabletten (om vreemd water te kunnen zuiveren en dan te kunnen drinken).
Ga na hoe je een bad kunt nemen, als de gewone wijze van baden niet mogelijk is: Hoe water is warm te maken, waarin te baden, waar het waswater te laten, enz. Voorzie, enige grote teilen of plastic bakken.
Bedenk, dat je radio en tv uitvallen als de openbare electriciteitsvoorziening uitvalt; zorg voor een radio, eventueel een tv- toestel, op batterijen om het nieuws te kunnen volgen (denk aan reservebatterijen).
Bedenk, dat computers niet zullen kunnen worden gebruikt !
Bedenk, dat gevaarlijke en besmettelijke ziekten vooral daar optreden, waar afval en vuilnis niet op de juiste wijze, en niet op tijd, worden verwerkt, en waar dode dieren niet op de juiste wijze, en niet op tijd, worden afgevoerd.
Betracht daarom altijd, en juist in moeilijke omstandigheden, de grootste hygiëne, en besteedt de grootste aandacht aan vuil- en afvalverwerking, en vooral aan het opruimen van kadavers. Tip: Begraven, diep genoeg, en op een afgelegen plaats, of verbranden, zijn gewoonlijk de beste methodes.
Bedenk dat ratten en muizen en ander ongedierte (die ziekten overbrengen) vooral daar welig tieren waar een overschot aan afvallen en vuilnis ligt.
Zorg voor aparte kampeertoiletten (niet chemisch), of toiletemmers, met deksel, voor de vaste mest en de urine (als het gewone toilet niet bruikbaar is).
Tip: Houd vaste mensenmest en urine apart. Separaat afvoeren is gemakkelijker en effectiever dan gemengd afvoeren.
Tip: Houd ook gebruikt toiletpapier en vaste mensenmest apart.
Doe in de toiletemmers een plastiek zak met de goede afmetingen. Is die half vol, dan het vuil afvoeren. Het afvoeren wordt zo veel gemakkelijker, en de toiletemmers worden niet zo (spoedig) vuil.
Zorg, indien mogelijk, ergens buiten voor een gegraven brandkuil, of een oude olieton, om droog en gedroogd afval in te verbranden; let op het brandgevaar.
Ga na waar je in je omgeving eventueel menselijke fæces (mensenmest) kunt lozen.
Gebruikt toiletpapier is droog, en kan verbrand worden.
De vaste mensenmest kan in een gegraven kuil op een afgelegen plaats worden gestort, periodiek afdekken met een laagje aarde, niet in de nabijheid van waterbronnen of waterlopen storten.
Ga na waar je in noodgevallen vuilwater (was- en afwaswater, urine) in uw omgeving kunt lozen, liefst op een afgelegen plaats, niet nabij waterbronnen of waterlopen; één mogelijkheid is een gegraven stortput, afgedekt met een houten vetvangrooster (rooster maken van twijgen, en periodiek verbranden).
Zorg voor een aantal plastieken en metalen vaten en tonnen, met goedsluitend deksel, om tijdelijk mest en afvallen binnenshuis op te slaan, als de gewone afvoer niet werkt, en je niet naar buiten kunt.
Let vooral op het bestrijden van ongedierte, zoals ratten en muizen. Echte boerenkatten, half wilde katten, die nooit in het woonhuis komen, zich niet laten aanraken, maar uitsluitend in een stal, hangaar of schuur verblijven, zijn daarvoor nuttig - ook sommige hondenrassen zijn goede rattenjagers.